De dag dat we jou verloren zijn herinner ik me alsof het gisteren was. Ik stond op en kreeg opeens meer steken in mijn buik dan normaal, maar voor mij was de pijn draaglijk. Ik dacht: dit kan niks ernstigs zijn, want we zijn gisteren nog maar op controle geweest en alles was in orde, dit zijn misschien voorweeën. Dus ben ik mij gaan douchen en heb ik mij klaargemaakt met de gedachte: wie weet beval ik vandaag. Mijn gedachte was inderdaad juist, maar de uitkomst was anders.
Jouw papa was op dat moment op het werk, dus heb ik naar mijn ouders gebeld om mij te komen halen, omdat ik niet alleen wilde zijn. Opeens werden de steken heviger en dus heb ik naar het ziekenhuis gebeld. Ze vertelden me dat ik mocht komen om aan de monitor alles te controleren. Ik belde naar je papa om hem op de hoogte te houden. We dachten beiden: dit zal een gewone controle zijn, niks ernstigs.
Ondertussen zaten wij in de auto met jouw grote zus Nina, oma en opa, op weg naar het ziekenhuis. Eens we daar aankwamen, stapten ik en oma uit om naar binnen te gaan, eerst heb ik nog een dikke zoen aan Nina gegeven en gezwaaid naar opa. We kwamen binnen en moesten ons aanmelden aan het onthaal. Erna mochten we doorgaan naar de vroedvrouw, ze nam ons mee naar verloskamer 1.
Ik ging op het bed liggen terwijl zij achter de monitor ging staan, en oma ging naast mij zitten. Dan sloot ze de monitor aan, maar we hoorden niks. Opeens ging er een bang gevoel door me heen. De vroedvrouw probeerde nog te zoeken naar een hartslag, maar besloot om de gynaecoloog erbij te halen. Ik keek naar oma en we wisten genoeg: we waren jou kwijt. Toch hoop je dat je verkeerd denkt.
De dokter kwam erbij en zocht ook naar een hartslag, maar vond helaas niks en zei: ‘Ik vrees dat ik slecht nieuws heb.’
Ik zei: ‘Nu zou ik toch beter naar mijn vriend bellen.’ Ik belde naar papa om te zeggen dat ze geen hartslag vonden, hij is onmiddellijk vertrokken naar ons. Ondertussen keek de dokter voor het zekerste nog eens met een echo. Maar ik zag genoeg zonder dat ze het moest vertellen. Je lag daar zonder enige beweging in mijn buik. Dan heeft een andere dokter ook nog eens bevestigd dat je gestorven was.
Ze brachten ons terug naar de kamer om te wachten op papa. En opeens ging het enorm snel, de weeën kwamen op. De pijn was enorm, ik had zelfs geen kracht om me ertegen te verzetten. Dan heb ik een epidurale gekregen, en zei ik: ‘Wat is het nut…’ Ik werd enorm misselijk van de gedachte dat ik moest bevallen van een dode baby. Ik moest veel overgeven en ze hebben me medicatie gegeven, gelukkig hielp het wat.
Ondertussen stond papa links van mij en oma rechts van mij. Ze hielden elk een hand vast. De gynaecoloog vroeg of ik je na de bevalling bij mij wilde hebben, ik zei onmiddellijk ja. Ondertussen werd er veel geweend en bleef de vraag spoken in mijn hoofd: waarom… Toen brak mijn water en moest ik om de zoveel tijd persen, tot jij kwam.
Ze legden jou onmiddellijk op mij, wat voelde je warm aan. Je leek zo hard op je grote zus, zo mooi om te zien. Ik was op een gegeven moment vergeten dat je er eigenlijk niet meer was. Het was zo een mooi moment tussen ons. Maar de realiteit kwam snel terug. Het bleek dat de placenta was losgekomen, iets waar niemand iets aan kon doen, zeiden ze. Maar toch voelde het helemaal als mijn fout… Ik ben je mama, ik hoorde je te beschermen. Het spijt me zo.
We kozen de naam Lena voor jou. Je zal altijd onze prachtige dochter zijn, en Nina haar kleine zus. We houden van jou met heel ons hart! Je wordt door veel mensen gemist. Wat zal je prachtig stralen tussen de andere sterretjes.